Fase 1 – Ruimtelijke module
De procedure voor vergunningaanvragen is te verdelen in minimaal twee modules, hier fases genoemd. Het opstellen van een milieueffectrapportage (de zogenaamde MER) en het Inpassingsplan zijn de belangrijkste onderdelen van de eerste fase. Deze fase wordt ook wel de ruimtelijke module genoemd. De MER vormt de basis van de onderbouwing van het Inpassingplan en toont aan dat het windpark ruimtelijk mogelijk is. Fase 1 bevat onder meer de milieuvergunning , de bouwvergunningen voor de windturbines, de Wet Natuurbescherming (voorheen flora en faunaontheffing) en een waterwetvergunning. De vergunningen zijn vastgesteld en daarmee definitief.
Bij het indienen van een aanvraag bij de vergunningen moet worden aangetoond dat er wordt voldaan aan de wet- en regelgeving. Als het nodig is worden hiervoor onderzoeken uitgevoerd. Tijdens het aanvraagtraject vindt veelvuldig overleg plaats met de overheden. De aanvraag wordt ook door de overheid getoetst. Als hieruit blijkt dat wordt voldaan aan de wet- en regelgeving, wordt de ontwerpvergunning verleend. Voor Windpark N33 is de ontwerpvergunning reeds verleend.